In deze weken waarin het traditionele wielerseizoen op zijn gat ligt is het zoeken naar materiaal om over te schrijven of, in het geval van mijn column, te filosoferen. Toen ik vanmorgen (zondag) een uur eerder wakker werd, ben ik na mijn ontbijt achter mijn laptop gaan zitten om rustig het wielernieuws van de afgelopen week door te lezen. Hier en daar had ik eerder deze week al wat nieuwskoppen meegekregen: Over de presentatie van het rittenschema van de Tour de France, over de Ronde van Hainan - waar overigens de Nederlander Raymond Kreder aan de leiding staat - en de levenslange schorsing voor oud- renner en ploegleider Johan Bruyneel. Bruyneel reageerde op Twitter met een open brief en vanaf dat moment schoot mijn verbeeldingskracht in gang.
Want stel je voor: Johan Bruyneel heeft al een aantal wielerlevens achter zich en hij hoorde deze week dat hij levenslang geschorst is. Zijn eerdere schorsing van tien jaar is omgezet in een levenslange schorsing. Hij mag nooit meer wat in de wielerwereld doen. Ik zou zeggen regisseurs, script- en scenarioschrijvers, acteurs uit Holly- en Bollywood, schiet in actie en maak er een film over. Of het verstandig is dat is natuurlijk een andere vraag. Ik heb persoonlijk ook wel te doen met zo'n man, ook al wordt hij als het absolute topje van de dopingpiramide neergezet. Meerdere levens in de wielerwereld achter de rug en dan levenslang worden geschorst. Figuren als Bruyneel, Lance Armstrong en in mindere mate Alejandro Valverde en Alberto Contador worden tot in hun nadagen achtervolgd en gedemoniseerd, zoals Bruyneel zelf schreef in zijn brief, vanwege gemaakte fouten in het verleden. Ze worden gekruisigd en geofferd en daarmee kan je eigenlijk stellen dat de mensheid in zijn algemeenheid nog niet veel is opgeschoten in de afgelopen tweeduizend jaar...
De wielerwereld is toch ook 'maar een sport' en we moeten dat nu ook niet allemaal te serieus gaan nemen door iemand levenslang te gaan schorsen. Als Bruyneel van die sport houdt en hij oprecht meent de sport te willen verbeteren, dan zou ik hem daarin alle ruimte geven. Het kan immers beter zijn voor de sport op lange termijn, want Bruyneel is een persoon die signalen herkent 'als het mis gaat'. Hij was immers zelf een belangrijke spil in een dopingmachine. Ik zie wel een rol voor Bruyneel in de wielerwereld. Een rol als insider die het systeem kan verbeteren. Zie het een beetje als een ex-mafiabaas die van zijn fouten heeft geleerd en de controlerende en wetgevende instanties helpt met het verbeteren en opsporen van hiaten in een wereld of systeem dat verrot is. Natuurlijk komt dan snel het 'verrader-argument' om de hoek kijken, want wie wil nu mensen verlinken, mensen met wie hij misschien zelfs bevriend was, maar ik vind dit een vrij zwak argument en te simpel geredeneerd, want...
De wielerwereld is nu eenmaal wel een wereld waar op de lange termijn brood mee verdiend moet worden. Voor velen. Ik denk dat er in de professionele wielerwereld niet ontzettend veel vriendschappen bestaan, hooguit verbonden en allianties in de koers. En als er al vriendschappen bestaan dan zijn die louter gebasseerd op wederzijdse belangen en niet op waarden waar een vriendschap aan zou moeten voldoen in mijn ogen. Nee, ik zie Bruyneel en andere controversiele figuren wel een rol spelen in het vebeteren van het anti-dopingsysteem. Helemaal nu ook de MPCC - een verbond van ploegen die voor een schonere sport willen gaan - een brief heeft gestuurd aan het Wereld Anti Doping Agentschap met de oproep of de baas hiervan wil opstappen, omdat er vrij weinig gehoor wordt gegeven aan bijvoorbeeld het verbieden van de pijnstiller Tramadol en andere zaken.
Wellicht kan Bruyneel samen met anderen wel een eigen werkgroep beginnen waarbij ze als doel hebben om iedere vorm van doping te bestrijden. Als ze dat net zo goed kunnen als het opzetten van de Tourploeg 1999-2005 dan zie ik wel toekomst in een schone wielersport. En een zekere ironie.
Nog een goede zondag!
Van de auteur van dit blog - Hierop laat ik mijn schrijfsels en ontwerpsels zien. Maaksels uit de oude doos, waar ik mee bezig ben en mijn ideeën voor de toekomst. Deze zijn gericht op mijn passie voor de sporten (wielrennen, voetbal en darten) en vak (communicatie in de breedste zin van het woord). Creëer, inspireer en geef door!
zondag 28 oktober 2018
COLUMN : Wielerfilosofie - een essentie
In mijn laatste column 'Wielerfilosofie' schreef ik over een aantal zaken. Ik had het over de wielrenner die blij is dat het seizoen erop zit, ik noemde de kijker die van februari tot en met oktober gekluisterd zit aan de buis en ik had het over de mannen en vrouwen die zorgen voor de omkadering van het team en ik eindigde met de vraag: 'Wat is de essentie van de wielersport'? En daarmee vroeg ik me eigenlijk af, waarom mensen - jong, oud, arm, rijk, man, vrouw, transgender - wakker worden met het idee om uren en uren te gaan fietsen en of daar bij willen horen of naar de sport gaan kijken. Waarom? Waarom willen we bij die wielercultuur horen? Ik vraag het me niet af uit naam van onze lieve heer, want wijlen Fausto Coppi zei ooit: God heeft wel wat beters te doen dan het helpen van een wielrenner. Hij weigerde dan ook ooit het kruisteken te maken na een overwinning. Een heerlijke uitspraak van een wielergrootheid, want...
Het tekent de mate van zelfkennis en nederigheid van Fausto Coppi in die tijd. Hij wist wat zijn plaats was. Niet alleen in het wielerpeloton, maar ook daarbuiten, want religie was in de tijd dat Coppi fietste (voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog) iets wat bij het leven van de gewone man hoorde. Sinds de secularisering in de jaren zestig a zeventig is de kijk op de wereld van mensen veel vrijer geworden en dat heeft impact op de maatschappij van nu, want ik denk dat veel mensen in de wielercultuur, een wereld vinden waarin de wereld juist weer overzichtelijker is. Ik kan een mooi voorbeeld noemen: De Vlaamse wielercoryfee en commentator José de Cauwer was op bezoek bij het hypertalent Remco Evenepoel, zo meldde hij tijdens het verslag doen van het WK. Voordat Evenepoel wielrenner was voetbalde hij bij PSV en Anderlecht en hij is gaan wielrennen, omdat hij in de wielerwereld meteen zijn plaatst wist. In een voetbalteam heb je altijd de strijd om het grootste ego. De Cauwer voegde daaraan toe: 'Vraag aan een groep van honderd mensen wie zich zelf als de beste beschouwd in een bepaalde discipline en niemand zal zichzelf bij de laatste twintig plekken zetten, maar laat deze honderd mensen een berg oprijden met een fiets en ze weten gelijk hun plaats.'
Waarom spreekt de wielerwereld nog meer aan? Laat ik het anders stellen: Wat is in de wielerwereld te vinden voor dat kleine dappere jongetje of meisje, voor die kijker, voor die ploegleider of sponsor? Naast een prestatie, een smak geld en amusement is het denk ik een wereld waarin veel meer te vinden is dan laatstgenoemde zaken. Het is een wereld waarin je snel weet wat je waard bent, zoals ik al in vorige alinea noemde. Het is een wereld waarin vriendschappen worden geboren en uitdagingen niet uit de weg worden gegaan. Zie de fietstocht van Tim Wellens en Thomas de Gendt van het noorden van Italië, naar hun thuisfront in België. Het is een wereld waar men elkaar helpt in noodsituaties, zoals de vermissing van ploegleider Steven de Jongh afgelopen maandag, waarin renners op Twitter massaal opriepen tot hulp en ook hulp boden. Uiteindelijk hielp de app Strava mee aan het vinden van de Jong, zodat hij 's avonds alweer thuis op de bank kon zitten, naast zijn vrouw. Het is een wereld waarin vele mooi dingen gebeuren. Het is een overzichtelijke weerspiegeling van de echte wereld en daar krijgen we allemaal wat van mee.
Tot slot wil ik zeggen dat dit niet dé essentie is, maar een essentie. Iedereen heeft immers zijn eigen verhaal na de race.
Het tekent de mate van zelfkennis en nederigheid van Fausto Coppi in die tijd. Hij wist wat zijn plaats was. Niet alleen in het wielerpeloton, maar ook daarbuiten, want religie was in de tijd dat Coppi fietste (voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog) iets wat bij het leven van de gewone man hoorde. Sinds de secularisering in de jaren zestig a zeventig is de kijk op de wereld van mensen veel vrijer geworden en dat heeft impact op de maatschappij van nu, want ik denk dat veel mensen in de wielercultuur, een wereld vinden waarin de wereld juist weer overzichtelijker is. Ik kan een mooi voorbeeld noemen: De Vlaamse wielercoryfee en commentator José de Cauwer was op bezoek bij het hypertalent Remco Evenepoel, zo meldde hij tijdens het verslag doen van het WK. Voordat Evenepoel wielrenner was voetbalde hij bij PSV en Anderlecht en hij is gaan wielrennen, omdat hij in de wielerwereld meteen zijn plaatst wist. In een voetbalteam heb je altijd de strijd om het grootste ego. De Cauwer voegde daaraan toe: 'Vraag aan een groep van honderd mensen wie zich zelf als de beste beschouwd in een bepaalde discipline en niemand zal zichzelf bij de laatste twintig plekken zetten, maar laat deze honderd mensen een berg oprijden met een fiets en ze weten gelijk hun plaats.'
Waarom spreekt de wielerwereld nog meer aan? Laat ik het anders stellen: Wat is in de wielerwereld te vinden voor dat kleine dappere jongetje of meisje, voor die kijker, voor die ploegleider of sponsor? Naast een prestatie, een smak geld en amusement is het denk ik een wereld waarin veel meer te vinden is dan laatstgenoemde zaken. Het is een wereld waarin je snel weet wat je waard bent, zoals ik al in vorige alinea noemde. Het is een wereld waarin vriendschappen worden geboren en uitdagingen niet uit de weg worden gegaan. Zie de fietstocht van Tim Wellens en Thomas de Gendt van het noorden van Italië, naar hun thuisfront in België. Het is een wereld waar men elkaar helpt in noodsituaties, zoals de vermissing van ploegleider Steven de Jongh afgelopen maandag, waarin renners op Twitter massaal opriepen tot hulp en ook hulp boden. Uiteindelijk hielp de app Strava mee aan het vinden van de Jong, zodat hij 's avonds alweer thuis op de bank kon zitten, naast zijn vrouw. Het is een wereld waarin vele mooi dingen gebeuren. Het is een overzichtelijke weerspiegeling van de echte wereld en daar krijgen we allemaal wat van mee.
Tot slot wil ik zeggen dat dit niet dé essentie is, maar een essentie. Iedereen heeft immers zijn eigen verhaal na de race.
maandag 15 oktober 2018
COLUMN: Wielerfilosofie
De meeste renners knijpen (bijna) in de remmen en dat moet voor de meesten toch een zalig moment zijn. Een moment van geluk. Een moment van geluk, omdat het er weer op zit voor een tijdje. De slaven van de weg zetten het gereedschap weer een tijdje in de schuur en de benen mogen in de absolute ruststand. Een legendarische quote van Tourwinnaar Geraint Thomas vind ik hierbij passend: 'Er is een ongeschreven wet in de wielrennerij: Sta niet op je voeten wanneer je kan zitten en zit niet wanneer je kan liggen. Als er iemand was die in onze plaats kon gaan liggen dan hadden we het deze persoon, waarschijnlijk gevraagd'. Geweldig toch?! Deze ethiek van een wielerprof.
Afgelopen zaterdag was de laatste wielerklassieker - de ronde van Lombardije - een mooie laatste afsluiter. Tussen Bergamo en Como was het de Fransman Thibaut Pinot die de Italiaan Vincenzo Nibali in een rechtstreeks duel wist te kloppen. Ik heb eens gelezen dat het wielrennen de meeste financiële waarde levert als de koers uitmondt in een duel tussen twee renners. Geen wonder dat de Tour de France al jaren aan populariteit verliest, want er is simpelweg geen concurrentie. Al lijkt onze eigen Tom Dumoulin daar de komende jaren verandering in te kunnen brengen, maar even los van het financiële plaatje: De wielersport is meer dan alleen een sport. Het is de belichaming én weerspiegeling van een mini maatschappij in onze eigen maatschappij.
Zo liggen de structuren van de wielerwereld vaak onder vuur, want het 'verdienmodel' is niet gebasseerd op de lange termijn. Grote geldschieters, zoals Oleg Tinkov in het verleden, en wijlen Andy Rihs hebben in het verleden gepleit voor hervormingen binnen de wielrennerij. Daartegenover heb ik Sky baas Dave Brailsford eens horen zeggen: Waarom zouden we hervormen? De praktijk wijst uit dat er meestal toch weer grote sponsoren het nodige geld in een ploeg durven te investeren. Op zich een kloppende gedachte, maar daarin redeneert hij wel vanuit de gedachte dat alleen de WorldTour-structuren meestal overeind gehouden kunnen worden.
En dan ben ik toegekomen aan de essentie van de wielerfilosofie, die in mijn beleving drie groepen mensen vertegenwoordigen. Het kleine dappere jongetje of meisje die zijn of haar droom najaagt om de absolute top te behalen in de wielermaatschappij en daar soms van een koude kermis terug komt en die blij is dat de fiets in oktober even aan de kant mag. De tweede groep is de wielervolger die het belang heeft om in het weekend of op een doordeweekse dag naar een amusementwaardige koers te kijken, waarin de beslissing in de koers volgt na een duel tussen twee kemphanen. De derde groep is de groep die de randvoorwaarden van dat kleine dappere jongetje of meisje probeert te creëren. Zakenmensen, bestuurders, mensen in dienst van de ploeg.
Zo aan het einde van het wielerseizoen is er genoeg stof om over na te denken voor iedereen die zich bevind in het centrum van de wielerwereld. Met de benen omhoog en als iemand in onze plaats wil liggen dan vragen we dat nu met een gerust hart. Er staat tot midden janauri toch even niks meer op het spel. Daarom stel ik mezelf de komende week de vraag wat de essentie van het wielrennen is en probeer ik deze vraag volgende week maandag te beantwoorden in mijn volgende column.
Afgelopen zaterdag was de laatste wielerklassieker - de ronde van Lombardije - een mooie laatste afsluiter. Tussen Bergamo en Como was het de Fransman Thibaut Pinot die de Italiaan Vincenzo Nibali in een rechtstreeks duel wist te kloppen. Ik heb eens gelezen dat het wielrennen de meeste financiële waarde levert als de koers uitmondt in een duel tussen twee renners. Geen wonder dat de Tour de France al jaren aan populariteit verliest, want er is simpelweg geen concurrentie. Al lijkt onze eigen Tom Dumoulin daar de komende jaren verandering in te kunnen brengen, maar even los van het financiële plaatje: De wielersport is meer dan alleen een sport. Het is de belichaming én weerspiegeling van een mini maatschappij in onze eigen maatschappij.
Zo liggen de structuren van de wielerwereld vaak onder vuur, want het 'verdienmodel' is niet gebasseerd op de lange termijn. Grote geldschieters, zoals Oleg Tinkov in het verleden, en wijlen Andy Rihs hebben in het verleden gepleit voor hervormingen binnen de wielrennerij. Daartegenover heb ik Sky baas Dave Brailsford eens horen zeggen: Waarom zouden we hervormen? De praktijk wijst uit dat er meestal toch weer grote sponsoren het nodige geld in een ploeg durven te investeren. Op zich een kloppende gedachte, maar daarin redeneert hij wel vanuit de gedachte dat alleen de WorldTour-structuren meestal overeind gehouden kunnen worden.
En dan ben ik toegekomen aan de essentie van de wielerfilosofie, die in mijn beleving drie groepen mensen vertegenwoordigen. Het kleine dappere jongetje of meisje die zijn of haar droom najaagt om de absolute top te behalen in de wielermaatschappij en daar soms van een koude kermis terug komt en die blij is dat de fiets in oktober even aan de kant mag. De tweede groep is de wielervolger die het belang heeft om in het weekend of op een doordeweekse dag naar een amusementwaardige koers te kijken, waarin de beslissing in de koers volgt na een duel tussen twee kemphanen. De derde groep is de groep die de randvoorwaarden van dat kleine dappere jongetje of meisje probeert te creëren. Zakenmensen, bestuurders, mensen in dienst van de ploeg.
Zo aan het einde van het wielerseizoen is er genoeg stof om over na te denken voor iedereen die zich bevind in het centrum van de wielerwereld. Met de benen omhoog en als iemand in onze plaats wil liggen dan vragen we dat nu met een gerust hart. Er staat tot midden janauri toch even niks meer op het spel. Daarom stel ik mezelf de komende week de vraag wat de essentie van het wielrennen is en probeer ik deze vraag volgende week maandag te beantwoorden in mijn volgende column.
maandag 8 oktober 2018
COLUMN : Niki Terpstra na acht jaren Quick Step
De jaren van Niki Terpstra bij Quick Step Floors zijn geteld. Het waren er acht om precies te zijn. Soms vette jaren. Soms wat minder vette jaren, maar nooit slechte jaren en dat moeten we hem nageven. Wat je ook van hem denkt: Terpstra staat er altijd. Ook gister, tijdens Parijs-Tours waar hij tweede werd. Ploegbaas Patrick Lefevre had al vroeg 'in de mot' dat hij veel geld kon gaan verdienen aan deze jongen met een gezonde dosis grintha.
Kan u het zich nog herinneren? Het was het Nederlands Kampioenschap van het jaar 2010. Terpstra reed het hele Rabo-contingent naar-den-kloten, om het even in klare wielertaal te omschrijven. Pieter Weening, Lars Boom en Koos Moerenhout zijn de naam Terpstra daarna nooit meer vergeten en ik kan me goed voorstellen dat deze drie heren van de toenmalige Rabobank-formatie de eerste paar dagen na dit kampioenschap niet zo goed konden slapen. Het was het verhaal van klein duimpje tegen Goliath als ik Mart Smeets mag quoten, het was het verhaal van de dalende aandelen van de Rabobank, maar bovenal was dit het verhaal van een Noord-Hollandse jongen die steeds weer uit zijn eigen voegen wist te barsten en zich continu kon verbeteren. En daar had Lefevre wel oog voor, want...
Terpstra evolueerde binnen de ploeg van Quick Step van klein duimpje tot Goliath en reed de afgelopen acht jaar voor de meest hongerige ploeg van het peloton. De verslaving en liefde voor het winnen van koersen bij Quick Step, sloeg over op Terpstra. Parijs Roubaix, De Ronde van Vlaanderen, vier maal wereldkampioen tijdrijden, 2x Dwars door Vlaanderen, E3 Harelbeke, Samyn... ik ben nog vele wedstrijden vergeten, maar dit toont aan dat winnen aanstekelijk is, zolang je wordt omringd met renners die jezelf nog beter kunnen maken, want...
Terpstra was al goed, maar werd nog veel beter. Door manager Lefevre, door Tom Boonen, door Mark Cavendish, door Sylvain Chavanel, door Tony Martin, door Michal Kwiatkowski, bekende namen die hem in het verleden vergezelden in de koers, maar ook door de mannen die hem ondersteunden, zoals een Julien Vermote, Stijn Vandenberg, Yves Lampaert, Matteo Trentin, Iljo Keisse etc. etc. Het zijn er te veel om op te noemen. En het voelt bijna een verontschuldiging waard aan degenen die ik niet noem. De Italianen zijn waarschijnlijk beter in het vereren van hun helden...
En dan komen we bijna aan het einde van het verhaal. Het waren acht prachtige jaren van de jongen die omhoog klom binnen de rangen van het wielerpeloton. Hij veroverde de harten van jong en oud. Hij gaf de mensen in wielerliefhebbend Nederland én Vlaanderen weer hoop. Dat je met hard werken, een goede kop en de juiste mensen om je heen met een heel eind kan komen. Wat mij betreft gaat Terpstra nu de komende twee jaar afscheidscriteriums rijden in Nederland. De Fransen van Direct Energie zullen dat vast wel begrijpen. Maar Terpstra zit anders in elkaar. Die wil nog meer winnen én gaat nog meer winnen. Neem dat van mij aan.
Kan u het zich nog herinneren? Het was het Nederlands Kampioenschap van het jaar 2010. Terpstra reed het hele Rabo-contingent naar-den-kloten, om het even in klare wielertaal te omschrijven. Pieter Weening, Lars Boom en Koos Moerenhout zijn de naam Terpstra daarna nooit meer vergeten en ik kan me goed voorstellen dat deze drie heren van de toenmalige Rabobank-formatie de eerste paar dagen na dit kampioenschap niet zo goed konden slapen. Het was het verhaal van klein duimpje tegen Goliath als ik Mart Smeets mag quoten, het was het verhaal van de dalende aandelen van de Rabobank, maar bovenal was dit het verhaal van een Noord-Hollandse jongen die steeds weer uit zijn eigen voegen wist te barsten en zich continu kon verbeteren. En daar had Lefevre wel oog voor, want...
Terpstra evolueerde binnen de ploeg van Quick Step van klein duimpje tot Goliath en reed de afgelopen acht jaar voor de meest hongerige ploeg van het peloton. De verslaving en liefde voor het winnen van koersen bij Quick Step, sloeg over op Terpstra. Parijs Roubaix, De Ronde van Vlaanderen, vier maal wereldkampioen tijdrijden, 2x Dwars door Vlaanderen, E3 Harelbeke, Samyn... ik ben nog vele wedstrijden vergeten, maar dit toont aan dat winnen aanstekelijk is, zolang je wordt omringd met renners die jezelf nog beter kunnen maken, want...
Terpstra was al goed, maar werd nog veel beter. Door manager Lefevre, door Tom Boonen, door Mark Cavendish, door Sylvain Chavanel, door Tony Martin, door Michal Kwiatkowski, bekende namen die hem in het verleden vergezelden in de koers, maar ook door de mannen die hem ondersteunden, zoals een Julien Vermote, Stijn Vandenberg, Yves Lampaert, Matteo Trentin, Iljo Keisse etc. etc. Het zijn er te veel om op te noemen. En het voelt bijna een verontschuldiging waard aan degenen die ik niet noem. De Italianen zijn waarschijnlijk beter in het vereren van hun helden...
En dan komen we bijna aan het einde van het verhaal. Het waren acht prachtige jaren van de jongen die omhoog klom binnen de rangen van het wielerpeloton. Hij veroverde de harten van jong en oud. Hij gaf de mensen in wielerliefhebbend Nederland én Vlaanderen weer hoop. Dat je met hard werken, een goede kop en de juiste mensen om je heen met een heel eind kan komen. Wat mij betreft gaat Terpstra nu de komende twee jaar afscheidscriteriums rijden in Nederland. De Fransen van Direct Energie zullen dat vast wel begrijpen. Maar Terpstra zit anders in elkaar. Die wil nog meer winnen én gaat nog meer winnen. Neem dat van mij aan.
COLUMN: Fenomenen domineren het WK
De afgelopen week vond het wereldkampioenschap wielrennen plaats in en rondom de Oostenrijkse plaats Innsbruck. Het was al van het wereldkampioenschap van 1996 in het Zwitserse Lugano geleden dat er zoveel hoogtemeters overwonnen moesten worden door de heren en dames op twee wielen en dat zorgde vooraf voor nogal wat speculatie – zoals bij ieder WK – bij de ‘kenners’ en ook bij mij. Kan Peter Sagan mee over alle beklimmingen? Wat doen we met het Belgisch opkomend fenomeen Remco Evenepoel? Wat gaan de Nederlandse blokken doen, bij zowel de dames én heren, want wat waren me dat toch twee sterke selecties. Kan Tom Dumoulin mee met de besten over de Gramartboden (de klim met 28%)? We kennen de antwoorden nu en laat ik eerst even op prestaties van de (Nederlandse) dames inzoomen.
De oranje-damesarmada
Dinsdag werd de tijdrit verreden bij de dames-categorie en nadat iedereen haar tijdrit had gereden kon maar eigenlijk één ding geconcludeerd worden: De anderen zullen van goeden huize moeten komen in de wegrit willen ze de Nederlandse selectie verslaan, want het podium na de tijdrit werd gekleurd door drie Nederlandse dames: Annemiek van Vleuten, Anne van der Breggen en Ellen van Dijk. Afgelopen zaterdag kwam het antwoord op de vraag: Wie gaat de wegrit winnen? In de vorm van een Merckxiaanse solo won Anna van der Breggen. En je kan het niet toeschrijven aan een gebrek aan concurrentie in het damespeloton, want de top 10 bestond uit dames van zeven verschillende landen. Een eveneens gelijke stoot vond plaats bij het kampioenschap voor junioren.
De keizer der junioren
Remco Evenepoel is zijn naam. Zijn naam lijkt een beetje op die van Mathieu van der Poel, maar ik durf eigenlijk verder geen vergelijkingen te trekken, want dat is gevaarlijk in de wereld van sport. Zeker als je zo getalenteerd bent als Evenepoel. Zoon van een stukadoor en ex-prof Patrick Evenepoel. Volgens de Belgische commentatoren Michel Wuyts en José de Cauwer is vader Evenepoel gestopt met wielrennen, omdat hij principieel weigerde om mee te doen aan het georganiseerde dopingsysteem dat begin jaren negentig zijn intrede deed in het herenpeloton. Een niet onbelangrijk detail, want de omgeving is medebepalend in de ontwikkeling van een jonge wielrenner. Zeker als deze jonge wielrenner Remco Evenepoel heet en je in 44 wedstrijden start en daarvan 34 winnend afsluit, waaronder dit WK en op 15 juli het EK. Daar won hij met maar liefst negen minuut en vierenveertig seconden voorsprong op de nummer 2. Moet ik meer zeggen?
Koning Valverde
Dit wereldkampioenschap was wel met recht het eerlijkste kampioenschap van de afgelopen jaren te noemen, want de winnaars waren allen, over het hele seizoen gezien, de beste wielrenner of wielrenster in zijn of haar categorie. Zo was het ook bij de profs afgelopen zondag. Alejandro Valverde won dit jaar al in Valencia, Abu Dhabi, Catalonië, La route D’Occitanie in Frankrijk, twee ritten in de Ronde van Spanje, deelname aan de Tour de France en het enige wat er dit seizoen en in zijn carrière ontbrak was de regenboogtrui. Als groot Valverde-fan ben ik niet geheel objectief en toen hij over de finish kwam heb ik staan juichen voor ‘El Imbatido’ (De onverslagene, de bijnaam die hij kreeg bij de jeugdcategorieën). Alsof er een Nederlander wereldkampioen werd! Na onze eigen Joop Zoetemelk, is Valverde de tweede renner die op 38-jarige leeftijd nog wereldkampioen wist te worden. Een opvallend detail dat ik nog ontdekte in de oude uitslagen was dat Valverde, de nummer twee (Romain Bardet) en drie (Michael Woods) van zondag, al eerder had geklopt in een rechtstreeks duel. Op 7 april 2017 klopte hij in de vijfde etappe in de Ronde van het Baskenland Bardet, Uran én Woods. Zal dit gegeven hem vertrouwen hebben gegeven in de eindsprint? Aan u het antwoord.
De oranje-damesarmada
Dinsdag werd de tijdrit verreden bij de dames-categorie en nadat iedereen haar tijdrit had gereden kon maar eigenlijk één ding geconcludeerd worden: De anderen zullen van goeden huize moeten komen in de wegrit willen ze de Nederlandse selectie verslaan, want het podium na de tijdrit werd gekleurd door drie Nederlandse dames: Annemiek van Vleuten, Anne van der Breggen en Ellen van Dijk. Afgelopen zaterdag kwam het antwoord op de vraag: Wie gaat de wegrit winnen? In de vorm van een Merckxiaanse solo won Anna van der Breggen. En je kan het niet toeschrijven aan een gebrek aan concurrentie in het damespeloton, want de top 10 bestond uit dames van zeven verschillende landen. Een eveneens gelijke stoot vond plaats bij het kampioenschap voor junioren.
De keizer der junioren
Remco Evenepoel is zijn naam. Zijn naam lijkt een beetje op die van Mathieu van der Poel, maar ik durf eigenlijk verder geen vergelijkingen te trekken, want dat is gevaarlijk in de wereld van sport. Zeker als je zo getalenteerd bent als Evenepoel. Zoon van een stukadoor en ex-prof Patrick Evenepoel. Volgens de Belgische commentatoren Michel Wuyts en José de Cauwer is vader Evenepoel gestopt met wielrennen, omdat hij principieel weigerde om mee te doen aan het georganiseerde dopingsysteem dat begin jaren negentig zijn intrede deed in het herenpeloton. Een niet onbelangrijk detail, want de omgeving is medebepalend in de ontwikkeling van een jonge wielrenner. Zeker als deze jonge wielrenner Remco Evenepoel heet en je in 44 wedstrijden start en daarvan 34 winnend afsluit, waaronder dit WK en op 15 juli het EK. Daar won hij met maar liefst negen minuut en vierenveertig seconden voorsprong op de nummer 2. Moet ik meer zeggen?
Koning Valverde
Dit wereldkampioenschap was wel met recht het eerlijkste kampioenschap van de afgelopen jaren te noemen, want de winnaars waren allen, over het hele seizoen gezien, de beste wielrenner of wielrenster in zijn of haar categorie. Zo was het ook bij de profs afgelopen zondag. Alejandro Valverde won dit jaar al in Valencia, Abu Dhabi, Catalonië, La route D’Occitanie in Frankrijk, twee ritten in de Ronde van Spanje, deelname aan de Tour de France en het enige wat er dit seizoen en in zijn carrière ontbrak was de regenboogtrui. Als groot Valverde-fan ben ik niet geheel objectief en toen hij over de finish kwam heb ik staan juichen voor ‘El Imbatido’ (De onverslagene, de bijnaam die hij kreeg bij de jeugdcategorieën). Alsof er een Nederlander wereldkampioen werd! Na onze eigen Joop Zoetemelk, is Valverde de tweede renner die op 38-jarige leeftijd nog wereldkampioen wist te worden. Een opvallend detail dat ik nog ontdekte in de oude uitslagen was dat Valverde, de nummer twee (Romain Bardet) en drie (Michael Woods) van zondag, al eerder had geklopt in een rechtstreeks duel. Op 7 april 2017 klopte hij in de vijfde etappe in de Ronde van het Baskenland Bardet, Uran én Woods. Zal dit gegeven hem vertrouwen hebben gegeven in de eindsprint? Aan u het antwoord.
Abonneren op:
Reacties (Atom)
Werk uit mijn archief (2016-2018)
In deze post verschillende projecten en werken waar ik het meest trots op ben. In chronologische volgorde. 2016 Marketingcommunicatiep...
-
In deze post verschillende projecten en werken waar ik het meest trots op ben. In chronologische volgorde. 2016 Marketingcommunicatiep...
-
In mijn laatste column 'Wielerfilosofie' schreef ik over een aantal zaken. Ik had het over de wielrenner die blij is dat het seizoen...